3a - Discover the language inputs of bilingual children!

Ontdek de taal input van meertalige kinderen!

Mohamed, die Engels en Arabisch spreekt,

XueXue, die Chinees en Frans spreekt, en

Pablo, die Spaans en Engels spreekt, zijn allemaal tweetalige kinderen. Om hen te helpen met het verbeteren van hun taalvaardigheid, is het belangrijk om te kijken naar zowel de kwantiteit en kwaliteit van de taal-input….

Als kinderen regelmatig worden blootgesteld aan verschillende input in de twee talen, zal dit een groot verschil maken! Maar wat zijn nu belangrijke bronnen van taal-input?

De eerste bron van taal-input is de familie.

Ouders zijn meestal de belangrijkste bron van moedertaal input.

Moeder (in het Spaans): Hoe was je dag?

Pablo (in het Engels): Heel goed mam!

Broertjes en zusjes zijn ook een belangrijke bron van taal-input, vaak voor zowel de eerste als de tweede taalverwerving. Het is interessant dat ze soms de taal van andere familieleden kunnen veranderen, door bijvoorbeeld alleen hun tweede taal thuis te spreken.

Pablo’s broer (in het Engels): Laten we gaan spelen!

De tweede bron van taal input zijn de leerkrachten. Scholen spelen een belangrijke rol bij het leren van een tweede taal. Hoe meer de leerkrachten praten, hoe meer woorden de kinderen leren! Echter, zeker wanneer kinderen nog jong zijn (4-5 jaar oud), moeten leerkrachten lange en moeilijke zinnen vermijden. Maar aan de andere kant moeten ze ook niet te versimpeld praten tegen kinderen die de taal nog aan het leren zijn.

Leerkracht: Is alles duidelijk?

De derde bron van taal-input zijn leeftijdsgenootjes. Onderzoek heeft uitgewezen dat, vergeleken met leerkrachten, leeftijdsgenootjes zelfs nog meer kunnen helpen bij het leren van nieuwe woorden in een tweede taal.

Andrew (in het Engels): Dit is een bal.

Pablo: B. A. L.

De vierde bron van taal-input komt van de kinderen zelf, van hun eigen spraak.

Pablo (in het Engels): Mijn naam is Pablo.

Pablo (in het Spaans): Mijn naam is Pablo.

Als je naar jezelf luistert, is dat een unieke taal-ervaring, en wanneer kinderen meer praten moedigt dit andere mensen aan ook meer te praten tegen hen. Zo ook voor tweetalige kinderen: hun eigen taalproductie kan de kwaliteit en kwantiteit van de blootstelling aan talen beïnvloeden. Bijvoorbeeld, wanneer Pablo meer Spaans praat tegen zijn ouders, is de kans groter dat hij ook meer Spaanse antwoorden krijgt.

Pable (in het Spaans): Vandaag kreeg ik een 8 op school.

Ouders (in het Spaans): Super!

Als Pablo echter de helft van de tijd in het Engels praat en de andere helft van de tijd in het Spaans, dan zullen zijn ouders waarschijnlijk beide talen terugpraten, op een gebalanceerde manier

Pablo (in het Spaans): Ik ben blij.

Pablo (in het Engels): Ik heb een acht.

Moeder (in het Spaans): Super.

Vader (in het Engels): We zijn blij!

Kortom, iedere dag worden kinderen zoals Mohamed, Xuexue en Pablo blootgesteld aan taal input in twee talen. Deze taal input komt vanuit verschillende mensen, voornamelijk hun families, leerkrachten, leeftijdsgenootjes en van zichzelf. Om de beste resultaten te bereiken, moeten tweetalige kinderen veel taalinput van veel verschillende mensen krijgen, en een goede balans tussen beide talen.

Laatste wijziging: Saturday, 20 July 2019, 17:48